- kleur
- {{kleur}}{{/term}}1 [algemeen]couleur 〈v.〉2 [gelaatskleur] teint 〈m.〉♦voorbeelden:1 nationale kleuren • couleurs nationalesvan politieke kleur veranderen • changer de couleurprimaire kleuren • couleurs fondamentaleskleur bekennen • annoncer la couleur 〈figuurlijk en sport en spel〉welke kleur heeft dit dagblad? • de quelle tendance est ce journal?zijn kleur verliezen • pâlirwat voor kleur ogen heeft ze? • quelle est la couleur de ses yeux?een afbeelding in kleur • une reproduction en couleurs2 hij heeft een ongezonde kleur • il a le teint blafardeen kleur krijgen • rougirhij krijgt er een kleur van • il en rougitveel kleur hebben • être haut en couleureen kleur als een boei hebben • être rouge comme une pivoine
Deens-Russisch woordenboek. 2015.